tot nu toe hebben we naar kunstwerken gekeken via de meest directe visuele effecten: wat we voor onze ogen zien. Nu kunnen we beginnen met het afbreken van een aantal belemmeringen voor het vinden van specifieke betekenis in kunst, met inbegrip van die van verschillende stijlen en culturen. Om te helpen in deze reis moeten we het verschil leren tussen kijken naar iets op een objectieve manier versus subjectief.
objectief kijken is om een onbevooroordeeld overzicht van ons gezichtsveld te krijgen. Subjectief zien spreekt meer tot begrip. Als we de term “ik zie” gebruiken, communiceren we dat we begrijpen wat iets betekent. Er zijn een aantal leergebieden, in het bijzonder psychologie en biologie, die de basis vormen voor het begrijpen van hoe we zien. Bijvoorbeeld, het feit dat mensen platte beelden waarnemen als het hebben van een “realiteit” voor hen is zeer bijzonder. Als je daarentegen een hond een afbeelding van een andere hond laat zien, grommen of kwispelen ze niet met hun staart, omdat ze geen platte beelden kunnen waarnemen die enige betekenis bevatten. Dus jij en ik hebben het vermogen ontwikkeld om specifieke betekenissen in beelden te “zien” en te lezen.
in wezen is er meer aan zien dan het oog ziet. We moeten rekening houden met een culturele component in hoe we beelden waarnemen en dat we dat doen op subjectieve manieren. Zien is deels een gevolg van culturele conditionering en vooroordelen. Bijvoorbeeld, wanneer velen van ons uit geïndustrialiseerde culturen een parkeerplaats zien, kunnen we elke auto onmiddellijk uitkiezen, terwijl anderen uit afgelegen tribale culturen (die niet bekend zijn met parkeerplaatsen) dat niet kunnen.