Dit hoofdstuk bespreekt vogels en zoogdieren, groepen waarvoor de meest intensieve studies van lekking beschikbaar zijn. De huidige belangstelling voor leks vloeit voort uit de beperking van de reproductieve bijdragen van mannetjes uitsluitend aan sperma. Deze situatie distilleert de complexiteit van seksuele selectie. Het hoofdstuk legt twee patronen uit die herhaaldelijk zijn beschreven voor lekking vogels en zoogdieren: constantheid op de locaties van leks en niet-uniforme verdeling van paringen onder mannetjes. Vervolgens onderzoekt het de gedragsmatige interacties die deze patronen kunnen produceren. Vervolgens worden de Algemene evolutionaire kwesties die door lekking species worden opgeworpen, met inbegrip van mogelijkheden voor seksuele selectie, en ten slotte evolutionaire scenario ‘ s, complexe hypothesen voor de evolutionaire oorsprong van lekking besproken. In het geval van paringsystemen, waaronder leks, scheidt deze hiërarchische benadering met name de vrouwelijke keuze van de seksuele selectie. Het eerste is een gedragsmechanisme dat paringspatronen tussen individuen kan genereren; het tweede, vaak een gevolg van verschillen in paringssucces veroorzaakt door bepaald gedrag, is een mechanisme van de voortplanting van genen in een populatie. In sommige gevallen worden deze benaderingen door elkaar gehaald en in andere bijna geïsoleerd.