samenvatting van het onderwerp bijgedragen door vrijwilliger(s): Randy
omnivoren eten zowel plantaardig als dierlijk voedsel. Omnivoren kunnen hogere tarieven van kanker, diabetes, en hartkwaal hebben dan veganisten en vegetariërs. Een omnivorig dieet lijkt ook het risico van buikvet, hogere BMI, zwaarlijvigheid, ongezonde ontlasting, en versnelde veroudering te verhogen.
in veel klinische studies zijn omnivoren vergeleken met mensen die plantaardige diëten eten. Gemiddeld kunnen mensen die een plantaardig dieet eten een tekort hebben aan drie voedingsstoffen, terwijl omnivoren een tekort hebben aan zeven. Veganisten zijn gevonden om meer zure erosie in hun tanden in vergelijking met omnivoren te hebben, hoewel onderzoek erop wijst dat er geen significante verschillen in plaque, gingivitis, of holten zijn. De botdichtheid van mensen die een plantaardig dieet eten is gelijk aan die van omnivoren. Degenen die strikt plantaardige diëten eten lijken beduidend meer alkalische urine te hebben dan omnivoren, wat helpt om urinezuur uit het lichaam te verwijderen.
andere studies hebben aangetoond dat personen die overschakelden van een omnivoor naar een vegetarisch dieet lagere toxische metaalniveaus van cadmium, lood en kwik in hun lichaam hadden. Kinderen die een plantaardig dieet aten, bleken het hoogste IQ te hebben, met degenen die vegetarisch eten op de tweede plaats, en omnivore eters op de derde plaats. Omnivoren hebben blijkbaar een hoger niveau van kankerverwekkende industriële toxines en pesticiden in hun lichaam dan veganisten. Een dieet met dierlijk voedsel betekent waarschijnlijk een hogere inname van arachidonzuur, die op zijn beurt kan verantwoordelijk zijn voor hogere gerapporteerde stemmingsscores door vegetariërs in vergelijking met omnivoren. Een vergelijkingsstudie tussen veganisten en omnivoren vond dat veganisten betere bloedsuiker en insuline niveaus hadden.