Ik heb nooit de schoonheid gekend van het hebben van ‘vrienden voor het leven’ omdat ik nooit vrienden heb gehad die meer dan zes tot zeven jaar in mijn leven zijn geweest. Ik heb nog nooit de kans gehad om iemand ‘beste vrienden voor altijd’ te noemen omdat ik vreemd ben aan de definitie van ‘voor altijd’. Ik heb geen chuddy-buddies of schoolvrienden of college vrienden die ik kan ontmoeten een keer een paar maanden en herinneringen ophalen over alle herinneringen van vroeger in de jaren. Dit heeft nooit betekend dat ik onvriendelijk ben of geen vrienden heb in het algemeen. Het betekent alleen dat ze me verlaten om een of andere reden … of ik heb ze de afgelopen jaren niet dicht bij me kunnen houden. Ik heb vrienden, maar het zijn net seizoenen, ze komen en gaan en met elke paar jaar, heb ik de neiging om een nieuwe set van vrienden te hebben. Ik was te verblind door de gedachte dat ik een bepaalde manier moest zijn, dingen moest doen om mensen te behagen of te proberen erbij te horen, om ze in mijn leven te houden. En toen ik dat niet kon doen, begon ik automatisch afstand te nemen van mensen die niet wisten dat ze geen van mijn verblindende gedachten van mij verwachtten.
mijn moeder vroeg me altijd naar mijn vrienden over wie ik het had toen ik ze in mijn leven had. Ze merkte hoe ik plotseling stopte met praten over hen over een paar jaar en dan beginnen te praten over nieuwe mensen in mijn leven. Het was mijn moeder die deze gedachte in mijn gedachten zette, ” Waarom denk je dat je steeds vrienden verliest? Is het alleen hun schuld, of ben jij het die niet geleerd heeft om ze in je leven te houden?”Deze vraag raakte me hard en tot op heden doet als ik er aan denk. Het was logisch voor mij. Waarschijnlijk ben ik het die uiteindelijk stopt met het maken van inspanningen en uiteindelijk verliest vrienden. Toen kwam iemand langs en liet me leren om mensen niet op te geven.
Deze ene persoon was er altijd geweest, door mijn SMS taal fase, het veranderen van studie cursus fase, het vinden van mijn kunst fase, banen, steden, vriendjes, in principe door al mijn hoogte-en dieptepunten. Zelfs toen ik me niet realiseerde dat ik deze persoon elke paar maanden bleef opgeven, was ik niet degene die werd opgegeven. Wat ik hem ook heb aangedaan, bewust en onbewust, hij gaf me nooit op. Pas toen ik dingen duidelijk begon te zien en het leven serieus begon te nemen, begreep ik wat ‘mensen nooit opgeven’ eigenlijk betekende. En dat heb ik geleerd van niemand minder dan mijn levenspartner, mijn zielsverwant.ik ben zo dankbaar om hem in mijn leven te hebben, om niet alleen bij mij te staan door dik en dun, maar om me te laten leren hoe ik de hoogste van de hoogste en laagste van de laagste van de laagste moet aanpakken. Ik weet nu hoe ik mensen in mijn leven moet houden, hoe ik geen gekke ideeën moet hebben over wat mensen van me verwachten. Ik weet hoe ik mezelf moet zijn en mensen om me heen moet laten blijven. En dit alles deed me beseffen dat mijn levenspartner uiteindelijk veranderde in mijn eerste beste vriend en ook een zegen.